Januari 2020

Op 21 januari hielden wij onze traditionele nieuwjaarsreceptie bij Annemie in Alsput.  Het bestuur had besloten de receptie gratis aan te bieden aan de leden.  In haar nieuwjaarsboodschap blikte voorzitter Erna vooruit op het programma 2020 van conferenties, uitstappen en concerten.  Bovendien kon ze trots mededelen dat NEOS-Halle de kaap van 100 leden had gerond.

Het gebeuren werd opgeluisterd met een babbelconcert, verzorgd door Marc Erkens.  Voor velen is Marc geen onbekende door zijn optredens  voor “Culture Club” op Canvas.  Hij maakte zijn reputatie als entertainer in het domein van muziek volledig waar.  Niet alleen speelt hij zelf uitstekend piano, maar zijn kennis van de achtergrond van de muziekgeschiedenis is fenomenaal.  Bovendien brengt hij zijn kennis over de kleine kantjes van grootheden als Beethoven, Mozart, Bach, Haendel, Chopin, enz… over op een humoristische en onderhoudende toon.  Zo gaf hij ons mee dat vrouwen in die tijd eigenlijk geen recht hadden om met muziek bezig te zijn.  De zuster van Haendel componeerde stukken die alleen onder zijn naam gepubliceerd konden worden.

Sonates,nocturnes,cantates,… hij vertelde er over met een aanstekelijke geestdrift.  En dat meisjes niet mochten zingen in een koor, zorgde er ook voor dat jongens castraten moesten worden  om de hoge tonen te kunnen blijven aanhouden.  Sommigen bedankten evenwel voor de pijnlijke ingreep.  Tenslotte illustreerde hij de weerkerende thema’s in de klassieke muziek, met Beethoven – 2020 is zijn 250ste geboortejaar – en vooral Ravel  met zijn Bolero als voornaamste exponenten.
Op 9 februari trokken een aantal leden van NEOS-Halle naar de Elisabethzaal in Antwerpen voor een nieuwjaarsconcert, georganiseerd door NEOS.

Ze trotseerden daarbij de storm Ciara, maar behalve enige vertraging bij de avondlijke terugkeer verliep de verplaatsing per trein vlot.  De presentatie van deze muzikale namiddag werd verzorgd door Fred Brouwers, ook een klassieker in dat soort genre.  Het programma bestond uit de parels van de gouden en zilveren periode  van de Weense operette met Johann Srauss, Franz von Suppé, Robert Stolz en Franz Lehàr.  Een sopraan en een tenor verzorgden het zanggedeelte van het concert met stukken uit “ Die Lustige Witwe” en “Das Land des Lächelns”. 
Fred Brouwers praatte dat allemaal aan elkaar met hier en daar de nodige anekdotes, waaraan de levensloop van de betrokken componisten – meestal notoire  vrouwenversierders – wel veelvuldig aanleiding geeft.

En zo bleef de briljante violist Paganini tijdens een concert maar doorspelen op zijn viool, alhoewel de ene na de andere snaar het begaf.